woensdag 28 oktober 2009

hondenleven

Mijn zus is op vakantie. En als mijn zus op vakantie is, dan passen Bernd en ik op haar hondjes. Ik zeg hondjes, maar eigenlijk zijn het drie gigantische beesten. Er is Tibo, de golden retriever, Luka, de Ierse setter en de combinatie van voorgaande honden, Spottie. Heerlijke honden zijn het, een beetje wild soms, maar ontzettend lief. Wij gaan dus elke dag de honden uitlaten, voederen en knuffelen. De honden zijn altijd blij ons te zien, rennen als loslopend wild door de tuin, schrokken hun eten op, en springen om ter hoogst op Bernd en mij, omdat ze ons zo graag zien (en willen omvergooien, waarschijnlijk). Tot zover de nodige inleiding.

Vorige nacht kon ik de slaap niet vatten. Ik was zenuwachtig voor het sollicitatiegesprek, dat ik de dag nadien zou hebben, en lag te woelen in mijn bed. Bernd was lekker aan het dutten naast me, toen hij ineens begon te bewegen in zijn slaap. Hij mompelde zelfs een beetje. Ach, een droom.

Nu maakt het me eigenlijk niet uit waar Bernd zoal van droomt. In zijn slaap mag hij doen en denken wat hij zelf wil. Hij zou over mij kunnen dromen, bijvoorbeeld. Of over een andere lieftallige jongedame. Over verre reizen, hete stranden, wiegende palmbomen, kleine bikinietjes. Over Angelina Jolie, een ex-lief, een onbekende schone of een sexy buurmeisje. Maar nee. Niets van dat.

Hij draaide zich om, naar mij toe, en terwijl hij zachtjes begon te wrijven over mijn hoofd, zei hij: 'Da's een flinke Spottie. Ik ben trots op je'.

dinsdag 20 oktober 2009

Legally blonde.

Sinds enkele weken ben ik blond. Veel reacties. Serieus, véél reacties.

67% vindt het ronduit afschuwelijk. Soms wordt het subtiel gebracht, soms best grof.
19% vindt bruin haar mooier. Dat blond is toch niet echt iets voor mij. 't Is niet slecht hoor, zeggen ze, maar voorheen was 't beter.
12,5% zegt 'tsja, 't is anders'. (Positief denken: anders is niet noodzakelijk slecht ;-).)
1% zegt er helemaal niets over.
0,5% vindt het mooi.


Volgende keer roze. Dat zal hen leren.

zondag 11 oktober 2009

Verdriet.

Ze had een fonkeling in haar ogen. Ook al waren ze nog maar even aan het proberen, was het toch onmiddellijk gelukt. Ze was zwanger. Zwanger! Nu ben ik niet bepaald zo'n meisje dat spontaan gelukkig wordt van kinders en zwangerschappen, toch was ik erg blij voor haar. Bij sommige mensen heb je dat, je ziet dat ze goede ouders gaan zijn, je weet dat dit kleine wondertje een groot geschenk is. En dat hadden ze verdiend.

Ze bracht het heuglijke nieuws op het einde van het schooljaar. Wij gaven dat jaar op dezelfde school les. Een fijne collega, een goede vriendin. Na de lessen bleven we altijd even nakletsen, over hoe de les verlopen was, over onze levens, over koetjes en kalfjes. Ze vertelde vaak over haar vriend, altijd met diezelfde fonkeling in haar ogen. Hij was haar beste vriend, haar ware liefde.

Het kindje kwam, negen maanden geleden. Ik kreeg een geboortekaartje in mijn bus, waarop 'Jitske' met trots vermeld stond. De maanden nadien keek ik af en toe naar haar foto's op facebook, hoe hun kleine spruit groeide en groeide. Ik zag haar verliefd kijken naar haar vriend en baby, met de grootste fonkeling in haar ogen.

Ze waren verloofd, en gingen binnenkort trouwen. De feestzaal was geboekt. Eergisteren is haar vriend gestorven. De man van haar leven, de vader van haar dochter. Het was plots en veel te snel en nog een stuk of wat lullige verklaringen die er helemaal niets toe doen, en waar niemand iets aan kan doen. Verdomd, waarom kan niemand daar ooit iets aan doen? En welke klootzak haalt het in zijn hoofd om iemand zo brutaal en totaal onrechtvaardig z'n fonkeling af te pakken?