woensdag 21 mei 2008

Sitting, waiting, wishing.

Een week gaat voorbij.
Een dag gaat voorbij.
Een dag gaat voorbij.
Een dag gaat voorbij.
Een uur gaat voorbij.
Een uur gaat voorbij.
Een uur gaat voorbij.
Een uur gaat voorbij.

Geduldigheid is niet bepaald mijn sterkste kant.

maandag 19 mei 2008

Lover, you should've come over.

Maybe I'm too young to keep good love from going wrong.
But tonight you're on my mind ...

zondag 18 mei 2008

teleurgesteld.

Een illusie armer.

Ik keek er erg naar uit, maar wat blijkt:
geroosterde marshmallows zijn niet lekker.

dinsdag 13 mei 2008

zwijmel...

Mijn nieuwe hanglamp van de kringloopwinkel is fantastisch.



Een vleugje romantiek. Voor slechts twee luttele euro's.

maandag 12 mei 2008

Lentekriebels

'Wat een mooi meisje ben jij! Zo lang. En slank. En schoon haar. En een leuk kleedje. Oh, echt een mooi meisje.'

Daarstraks in de hal, heeft een oud omaatje me versierd, hehe.

Wijvenweek naschok. En sollicitatiedinges.

Oh yes, I'm the great pretender.

Ik fake al jaren. Uit beleefdheid, soms uit onzekerheid, maar vooral omdat het absoluut normaal is om af en toe eens te doen alsof. Daar schaam ik me dus echt niet voor.

Gisteren belde een collega van me, met het heuglijke nieuws dat ze vorige week een baby gekregen heeft. Oh, wat leuk, kirde ik met haar mee, is het een jongen of een meisje? Het was een meisje, en ze hadden haar Renee genoemd. Wat een mooie naam, en echt, wat ontzettend leuk, schalde ik vrolijk aan de telefoon.
Toen ik even later weer ophing, bedacht ik bij mezelf dat ik baby’s eigenlijk helemaal niet zo leuk vind, en dat ik zelfs een mannelijk hangbuikzwijntje een leukere naam zou geven dan ‘Renee’.
Maar dat zeg ik natuurlijk niet. Ik doe gewoon vrolijk mee, en houd mijn eerlijke, maar kwetsende, gedachten voor mezelf.

Een allerbeste vriendin van me vertelde later die avond dat ze een gesprek met haar baas had gevoerd over de moeilijkheden die ze heeft met een superieur op haar bedrijf. Op het einde van dat gesprek had ze tegen haar baas gezegd dat ze anders nooit problemen heeft met andere mensen, en dat ze met iedereen goed kan opschieten. So not true. Mijn vriendin is iemand die problemen heeft met de helft van de wereldbevolking. Een beetje misantroop is ze, dat wel, maar net daarom houd ik zo van haar.

Enkele weken geleden solliciteerde ik bij een welbekend bedrijf. Ik was doodzenuwachtig, en de adrenaline stroomde door mijn lijf. Ik wist niet wat te verwachten, en daar werd ik ontzettend onzeker van. Ik heb graag controle, over alles. Toen bleek dat ik over mocht naar de volgende ronde, deed ik daar best cool over. Fluitje van een cent. Stukje taart.

Faken heeft zeker niet enkel en alleen te maken met wat er tussen de lakens gebeurt, want we doen het ook in het dagelijks leven. We leven namelijk in een maatschappij waar alles steeds groter, beter, mooier moet, en het is moeilijk om steeds maar weer die overtreffende trap te beklimmen.

Dus liegen we, zodat het niet te hard opvalt als we eens niet mee kunnen met de rest. We verzinnen kleine leugentjes om onszelf en anderen beter te doen voelen. We hebben geen schroom over nep, want fake is normaal.

Na een kleine enquête onder vrienden en toevallige passanten leerde ik dat we voornamelijk faken omdat we onzeker zijn.
Er was slechts één iemand die vertelde dat hij nooit ofte nimmer fakete, en die persoon vertrouw ik nu dus voor geen haar meer. Want iedereen doet het, beestjes en boompjes, mannen en vrouwen. Kameleons hullen zich in verschillende kleuren, en houden zo iedereen voor de gek. Mijn katten kunnen heel erg snoezig kijken en spinnen, maar dat is enkel omdat ze een lekker hapje willen. Ik weet het, dat ze me bedotten, maar toch neem ik het hen allerminst kwalijk. Want er is niets mis met doen alsof. We doen het allemaal, al dan niet bewust.

Meestal faken we over redelijk oppervlakkige zaken, zoals uiterlijke schoonheid. Het is tegenwoordig geen taboe meer dat we dingen aan ons uiterlijk veranderen. Al wie nog nooit iets aan zijn uiterlijk gefaket heeft, mag de eerste steen werpen.
We vervormen ons tot de vrouwen die we willen zijn, en hebben daar allerlei alle tips en trucjes voor. We verpakken ons in mooie stofjes in één kleur om langer te ogen en dragen verticale strepen om dunner te lijken. Hullen ons in frivole lingerie, en als we wat meer volume willen, stoppen we er simpelweg een kipfiletje bij. Als we onze stoute schoenen aantrekken, is dat steevast met een hakje eronder, zodat we groter lijken. Zo kunnen we de straat op en tonen we ons aan de buitenwereld.
We weten natuurlijk wel dat het innerlijk hetgeen is wat echt telt, maar zijn ons evenzeer bewust van het feit dat iedereen toch eerst naar de buitenkant kijkt. Daarom smeren we zelfbruiner, zodat het niet opvalt dat we de hele winter binnen gezeten hebben onder een fleece dekentje. Kappers leggen onze haren in de plooi, of maken krullen, want dat toont beter dan onze natuurlijke out of bed look. We doen aan manicuren, pedicuren en brazillian waxes, om alles glimmend en glad te maken in plaats van ruw en -brrr- harig. We brengen lagen make-up aan, maar doen dat zo zorgvuldig dat het lijkt alsof we natural beauty’s zijn.

Soms gaat het een stap verder. Plastische chirurgie is de hoogste vorm van fysisch faken. Maar daarom is het niet slecht. Als je jezelf niet goed voelt met kleine borsten, een grote neus, drilpuddingbillen of flaporen, kan dat tegenwoordig allemaal verholpen worden. Een chirurg kan in enkele uren zowat alles veranderen wat Moeder Natuur je gegeven heeft.
Sommige vrouwen vertellen er openlijk over. Ik ken een jonge vrouw die met grote trots en zonder schroom haar nieuwe volle borsten aan mij liet zien. Kijk eens hoe mooi ze geworden zijn! Anderen houden het liever stil.

Niet enkel het uiterlijke vertoon vinden we essentieel, we zorgen er ook voor dat we goed overkomen. We lezen ons intelligent, we worden vrouwen van de wereld. We weten hoe we moeten flirten en op welke manier we onze zin krijgen. We bepalen zelf wat we willen en we nemen geen blad voor de mond. Wij, wij zijn vrouwen die je niets meer kan wijsmaken, want we weten het allemaal al wel. En als we het niet weten, dan faken we het toch gewoon. We faken een leukere, betere versie van onszelf.

Onder het toeziend oog van de andere sekse faken we ook wel eens. We doen het niet om hen te plezieren, maar eerder om onszelf in een beter daglicht te plaatsen. Als je een ex tegenkomt, is het bijvoorbeeld volstrekt normaal om te vertellen dat het fantastisch goed met je gaat, en dat je de tijd van je leven hebt, sinds het gedaan is tussen jullie. Terwijl je eigenlijk de laatste weken zielig op je bank hebt gezeten met de afstandsbediening, chips en een familiepak zakdoekjes in de aanslag. Dat hoeft hij niet te weten.

Is faken de ergste vorm van liegen? Of gewoon de realiteit een beetje mooier maken. Is fake altijd bedrog, of moeten we het op een andere manier bekijken? Moeten we ons er schuldig over voelen, of beschaamd? Het nooit meer doen? Nee.

Uiteindelijk draait het allemaal om zelfvertrouwen. Soms zijn we stoer en sterk. Op andere momenten zijn we kleine onzekere wezentjes, en willen we dat niet tonen aan de grote, boze wereld. Daarom doen we alsof we anders zijn: mooier, slimmer, liever, beter.

Soms is het een leugentje om bestwil, soms is het een kleine verdraaiing van de werkelijkheid. Faken is de harde waarheid, maar met een strikje rond. Het is niet altijd even slim, of eerlijk. Maar het is oké. Echt waar.